Een geslaagde overgangsperiode na de overname van een bedrijf
De eerste weken na de overname van een bedrijf zijn cruciaal. Een goede relatie tussen de overdragende en...
Murielle Machiels: "Het is belangrijk dat je deze fase goed beheert. De overdragende partij moet tijdens deze periode leren loslaten. Het is niet langer zijn bedrijf. Hij moet aanvaarden dat de overnemer bepaalde dingen anders doet. Mijn ervaring heeft mij geleerd dat loslaten geen mentale kwestie is. Je kunt wel tegen jezelf zeggen: 'Laat het maar los, laat het maar gaan', maar dat betekent niet dat je dat ook meteen lukt. Integendeel, er is goede kans dat je in verzet komt. Loslaten is, gek genoeg, een lichamelijke aangelegenheid. Als je je spieren ontspant, als je relaxter bent, is loslaten gemakkelijker."
M. M.: "De overnemer moet goed kunnen luisteren, maar moet ook goed met iedereen omgaan. Als er bijvoorbeeld mensen moeten worden ontslagen – dat kan gebeuren – dan moet dat op een zachtaardige manier verlopen. Tijdens deze periode runnen de overnemer en de overdrager de zaak samen. Die laatste ervaart tijdens deze fase constant een gebrek aan erkenning, want de nieuwe leider verandert van alles binnen het bedrijf. De overdragende partij krijgt daardoor het gevoel dat hij de zaken verkeerd heeft aangepakt. En het is goed mogelijk dat ontevreden werknemers zich bij de oude baas komen beklagen. Die zal deze ontevredenheid onder de werknemers onbewust aanmoedigen, want hij voelt zich ondergewaardeerd. Dat is niet met opzet: hij is er niet op uit om de overnemer tegen te werken."
M. M.: "Hij moet begrijpen wat de bezorgdheden van de overdragende partij zijn en moet hem een luisterend oor blijven bieden. Dat geldt ook voor de werknemers: die moet hij gerust stellen. Hij moet duidelijk aangeven dat de ingevoerde veranderingen niet betekenen dat men het in het verleden iets verkeerd heeft gedaan. Hij moet begrijpen dat er een verschil bestaat tussen wat hij wil doen en de manier waarop dat wordt opgevat. En dat veranderingen, hoe goed bedoeld ook, uiterst negatief kunnen worden uitgelegd. Dit is een situatie die zich altijd voordoet en die permanent is tijdens deze overgangsfase. Pas later krijgt de overnemer de bevestiging dat de door hem ingevoerde veranderingen wel degelijk een goed idee waren. Iedereen heeft zijn eigen bezorgdheden en iedereen interpreteert de veranderingen op basis daarvan. Wanneer er zich een probleem voordoet, moet je daarom naar iedereen luisteren."
M. M.: "Dat niet alleen. De overnemer moet evenveel tijd aan positieve dingen wijden als aan negatieve dingen. Een geslaagde transformatie is een transformatie waarbij de juiste verhouding is gevonden tussen wat er goed gaat en wat er slecht gaat. Je moet elk succes vieren, hoe klein ook. Doe je dat niet, dan ontstaat de indruk dat je alleen maar negatief bezig bent en dat er niets goed gaat. Dit gaat niet vanzelf. In onze cultuur zijn we van nature meer op het negatieve gericht dan op het positieve. Maar je moet op beide aspecten het accent leggen als je in dit proces wilt slagen. Houd er ook rekening mee dat elke onderneming een eigen cultuur heeft: het geheel aan gewoonten van de mensen die er werken. Om de bedrijfscultuur te veranderen is tijd nodig: gemiddeld 66 dagen. Daarom moet je alles elke dag opnieuw herhalen, op een niet-agressieve manier."
Murielle Machiels is de voormalig CEO van Uitgeverij Plantyn. Vandaag adviseert ze organisaties over de aanpassing aan de snelle veranderingen op de markt als gevolg van de digitalisering. Uitgaande van haar ervaring en de benadering die ze via haar onderneming QiLi ontwikkelt, gaat ze namens Beobank in op de menselijke aspecten waar rekening mee moet worden gehouden tijdens de diverse belangrijke fasen van de overdracht en de overname van een onderneming.
Deze publicatie bevat algemene informatie en vormt geen persoonlijk advies. Deze informatie kan veranderen of onderworpen zijn aan specifieke regels of interpretaties, afhankelijk van de situatie. Beobank is niet verantwoordelijk voor de juistheid, de volledigheid en de bijgewerkte versie van de informatie uit de genoemde bronnen.