Wat doet een centrale bank precies?
Wat doen de Europese Centrale Bank en de Federal Reserve precies? Waarom wordt steevast uitgekeken naar...
De centrale banken probeerden daarop de economie weer aan te wakkeren door de rentevoet te verlagen, vanuit het idee dat goedkoper kunnen lenen, sparen minder interessant maakt en uitgaven stimuleert. Maar succes bleef uit. De centrale banken in de Europese Unie, het Verenigd Koningrijk, de VS en Japan besloten het daarom over een andere boeg te gooien door aan quantitative easing te doen.
Centrale banken zoals de Federal Reserve in de VS en de Europese Centrale Bank (ECB) zijn de exclusieve uitgevers van geld – ze drukken biljetten en smelten munten. Ze zijn ook de enige instanties ter wereld die geld mogen bijdrukken om de economie te helpen stimuleren.
Quantitative easing komt dan ook neer op geld ‘bijdrukken”. Dat laatste woord plaatsen we tussen aanhalingstekens, omdat de centrale banken in werkelijkheid ook gewoon hun digitale boekhouding aanpassen. Met het ‘nieuwe geld’ kopen ze vervolgens allerlei schulden van andere financiële instellingen op, maar ook overheden (staatsobligaties). Zo worden de centrale banken dus eigenlijk kredietverstrekkers met geld dat ze zelf hebben gecreëerd. Quantitative easing in deze vorm werd voor het eerst toegepast tijdens de recessie van 2008-2012.
De reden waarom quantitative easing niet inhoudt dat banken gewoon geld bijdrukken, is het gevaar dat de inflatie weleens veel vroeger dan gedacht en op een heel ongebalanceerde manier zou kunnen terugkeren. Denk bijvoorbeeld aan prijzen die veel sneller stijgen dan de lonen. De economische toestand zou er dan alleen maar slechter op worden. Quantitative easing zorgt er echter voor dat het geld via één enkele poort, namelijk de commerciële banken, terug in de economie wordt geïnjecteerd, omdat met het ‘nieuwe geld’ obligaties van de commerciële banken worden aangekocht.
Door hun obligaties door te verkopen aan de centrale banken, krijgen commerciële banken vers geld in het laatje én dragen ze hun risico op wanbetaling over op de centrale banken. Omdat ze zo weer de nodige ademruimte hebben, kunnen ze opnieuw geld beginnen uitlenen aan particulieren en bedrijven. Zo stimuleert quantitative easing, althans in theorie, economische groei.
Deze publicatie bevat algemene informatie en vormt geen persoonlijk advies. Deze informatie kan veranderen of onderworpen zijn aan specifieke regels of interpretaties, afhankelijk van de situatie. Beobank is niet verantwoordelijk voor de juistheid, de volledigheid en de bijgewerkte versie van de informatie uit de genoemde bronnen.